donderdag 28 april 2011

De toekomst van IT


Er komt een periode aan waarin we anders tegen IT gaan aankijken dan we de afgelopen eeuw gedaan hebben. Die periode is begonnen in 2010 en zal rond 2030 aflopen.

In die afgelopen eeuw heeft IT de transitie gemaakt van pure wetenschap via geavanceerde rekenmachine via automatisering naar informatisering.  Een korte terugblik leert dat er grofweg periodes van 20 jaar te onderscheiden zijn geweest in de ontwikkeling van IT. In de eerste 20 jaar, 1930 tot 1950, werd feitelijk de computer ‘uitgevonden’. In 1950 leidde dat tot de eerste volledig elektronische digitale computer, waarvan de huidige computers nog steeds een doorontwikkeling zijn. Dit was de era van 'calculating machines', waarin het voornamelijk wetenschappers waren die zich met computers bezighielden. Beperkt qua aantal machines, beperkt qua aantal gebruikers en beperkt qua mogelijkheden.

Van 1950 tot 1970 werd de elektronische computer verbeterd, en in 1970 werd Xerox PARC opgericht: het instituut dat met zijn ideëen en ontwikkelingen (muis, grafische user interface, Ethernet) de grondlegger was voor de PC waarmee we nu werken. In die 20 jaar was de computer van een kamer vullende rekenmachine ontwikkeld tot een apparaat waarmee administratieve processen snel en doelmatig uitgevoerd konden worden. Het aantal computers nam al sterk toe, met name toen aan het eind van deze era, de era van ‘dataprocessing machines’, kleinere, goedkopere en eenvoudiger bedienbare systemen begonnen te verschijnen. Het vak van computer operator was geboren en systeembeheer.

In de daarop volgende periode, van 1970 tot 1990 ging de ontwikkeling van steeds handzamere computers door, en startte de ontwikkeling van netwerken waarin computers gekoppeld konden worden. Dit was de era van 'personal computers', die niet alleen gebruikt werden voor verwerking van grote hoeveelheden gegevens, maar voor administratieve zaken. De rollodex werd overbodig, de computer bleek een uitstekende vervanger voor de typemachine, financiële administraties konden veel sneller en makkelijker uitgevoerd worden en bedrijven begonnen zich te realiseren dat de systemen ook gebruikt konden worden voor ‘Customer Relation Management’ systemen en bedrijfsbrede resource systeem, de opkomst van ‘Enterprise Resource Planning’ systemen. In deze periode nam het aantal mainframes (de ‘dataprocessing machines’) af ten gunste van een ware explosie in het aantal mini- en microcomputers, met de personal computer als koploper. Daarmee verdween de computer operator en werden systeem beheerders al snel PC beheerders, Server beheerders en Applicatie Beheerders. Aan het eind van deze periode kwam daar de taak van Netwerk Beheerder bij en ontstond het strakke regime van IT-Beheer.

In 1990 werd het World Wide Web bedacht. Dat was de markering voor de volgende periode, de era van 'communicating devices', een periode waarin niet langer de administratieve processen maar de door uitwisseling van gegevens over netwerken en de, door combineren daarvan verkregen informatievoorziening, informatie belangrijker werd dan de gegevens zelf. Door een forse technische vooruitgang is dit de periode geweest waarin computers gemeengoed werden, het aantal computergebruikers recordhoogtes bereikten en er steeds meer data vastgelegd werd. Door de enorme toename in netwerken, de opkomst van Internet, en het daardoor steeds meer vatbaar worden van computers voor malversaties, groeide Security als kool in het steeds strakker wordende IT-Regime. Maar ook opslag en verwerkingscapaciteit werden steeds belangrijker, zodat de IT-Regimes zich begonnen af te sluiten in ivoren torens om ervoor te zorgen dat hun eigen problematiek niet al te zeer naar buiten zou lekken.
Waar IT voor 1990 voorbehouden was aan een kleine groep technische specialisten, werden in deze era complete afdelingen opgezet en ingericht om de groei van IT te managen. ITIL, Prince en andere methodieken werden ingevoerd om de enorme groei beheersbaar te houden, maar in de ogen van gebruikers bleef IT een toch wat autistische entiteit, niet in staat was om met gebruikers te communiceren en al helemaal niet  begrijpend wat gebruikers nu eigenlijk nodig hadden. Deze fase is nu aan het einde. Informatie is niet langer de kritieke factor, maar communicatie.

2010 was het jaar van de opkomst van social media, cloud computing en Het Nieuwe Werken en is daarmee het begin van de volgende fase die gekenmerkt wordt door de verandering van IT-Centric naar User- en Business Centric. Niet langer IT is leidend voor de wijze waarop bedrijven en hun medewerkers willen werken, maar de gebruikers en business zelf. Niet langer staat het opslaan van gegevens en gecontroleerd ter beschikking stellen van informatie centraal. Nieuwe informatie verkregen door communicatie tussen mensen onderling en tussen mensen en informatiesystemen, waar deze zich ook mogen bevinden, zal de toegevoegde waarde van IT voor de business gaan bieden op een wijze waarmee gebruikers zich gemakkelijk voelen. IT begrijpt IT, maar eigenlijk zou IT de mensen die gebruik maken van IT moeten begrijpen. In deze nieuwe era, de era van ‘information exchanging users’ komt de gebruiker centraal te staan. En dat heeft direct een positieve invloed op de business omdat medewerkers, indien zij begrepen worden, tot meer creativiteit in staat zijn en meer bijdragen aan de business. Een onderneming is immers gebaat bij een ‘happy user’.
Deze verandering is al gaande. Het Nieuwe Werken, zolang daaronder verstaan wordt dat medewerkers op het moment dat het nodig is, op de plaats waar ze zich op dat moment bevinden met een apparaat dat ze daar ter beschikking hebben, kunnen communiceren met collega’s, derden en informatiesystemen, is daar een eerste stap toe.
Maar uiteindelijk gaat dit veel verder. De nadruk zal niet langer liggen op hoe IT afdelingen informatie systemen aanbieden aan gebruikers, maar hoe gebruikers de informatie en gegevens willen benaderen. User-centric in plaats van IT-Centric. Het beste voorbeeld daarvan is de sterke opkomst van tablets en smartphones waarop gebruikers naar behoeven ‘apps’ kunnen installeren om die informatie die zij nodig hebben, op een voor hen bruikbare en zinvolle wijze, kunnen verkrijgen en erover kunnen communiceren. Zonder dat zij daarbij gebonden zijn aan door IT opgestelde regels, zonder door IT opgestelde belemmeringen en zonder dat zij daarvoor cursus gevolgd moeten hebben om om te kunnen gaan met de toepassingen.

Het zal zeker nog een decennium of langer duren, maar uiteindelijk zal de toekomst van IT in lijn met wat hier is aangegeven. Veranderen duurt even. De gehele IT infrastructuur wordt daarmee eindelijk de al jaren gewenste faciliterende dienst voor iets wat er gewoon is voor gebruikers, net zoals dat met stroom, gas, water en tegenwoordig internet toegang ook al is. De huidige, bekende IT organisatie wordt een facilitator die zich met name zal bevinden in de, voor gebruikers onzichtbare , datacenters. En bij organisaties zal de IT afdeling omgevormd worden tot een Contractbeheer Organisatie omdat voor het grootste deel als dienst zal worden afgenomen. Dat impliceert dat organisaties zich radicaal anders moeten gaan opstellen ten aanzien van hun IT, hun data, beveiliging en hun medewerkers. In plaats van het opleggen van regels en belemmering zal de toekomst het vrijlaten en daardoor het benutten van de creativiteit van medewerkers de basis zijn.

In 2030 zal een standaard computer (in wat voor vorm dan ook) net zoveel processor capaciteit hebben als het menselijk brein. Daarmee wordt het onderscheid tussen mens en machine qua mogelijkheden nihil. In 2050 zal één enkele computer net zoveel processor capaciteit hebben als alle mensen op aarde gezamenlijk. Het mag dus verondersteld worden dat de fase 2030-2050 zich zal richten op humanisering van de IT waarbij zonder tussenkomst van IT, een enkele computer al in staat zal zijn de gebruiker ervan te begrijpen. Maar dat is nog verre toekomst.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten